Sinds een paar dagen logeert mijn schoonfamilie bij ons in huis. Ineens is het Nederlands niet meer de ‘majority language’, maar het Italiaans.
Voor mijn zoon lijkt het niet veel uit te maken. Hij begrijpt zowel het Italiaans als het Nederlands, maar gebruikt ze nog door elkaar. De leidster van zijn kinderdagverblijf vertelde me laatst dat hij ‘no!‘ zegt tegen kindjes als ze iets doen dat niet mag. Daarbij zit hij in een periode dat hij heel veel nieuwe woordjes leert, dus nu zie ik hem echt een vlucht nemen!
Mijn dochter moest er wel even aan wennen dat Italiaans nu de voertaal is. Toen mijn schoonouders er net waren was ze iets terughoudender met kletsen. Na een dagje alleen met opa en oma was ze al veel losser en vroeg ze af en toe nog aan mij hoe ze bepaalde woordjes in het Italiaans moest zeggen. Inmiddels is ze helemaal los en hoor ik haar in het Italiaans tegen haar broertje praten. Ook zij leert dus in hele korte tijd heel veel bij!
Toch minority language at home?
Het zet me wel aan het denken. Hoewel we er van alles aan doen om onze kinderen zo veel mogelijk Nederlands én Italiaans aan te bieden, zien we nu in de praktijk hoeveel stappen ze zetten als ze echt ondergedompeld worden in een taal.
Vandaag hadden Antonio en ik het erover dat het veel makkelijker is om consequent een taal tegen een kind te spreken als het nog niet echt gesprekken zijn. Zodra dat wel gebeurt, dat merken we nu bij onze dochter, ben je toch geneigd om te antwoorden in de taal waarin je aangesproken wordt. Daardoor lijkt mij de kans wel groter dat de majority language dominant wordt.
We vinden het belangrijk om het spontaan te houden. We willen niet geforceerd Italiaans met onze kinderen praten. Wat we wel kunnen natuurlijk, is zelf meer Italiaans met elkaar praten, zodat ze het meer horen en vanzelf ook meer gaan spreken. Zoals we zien gebeuren nu de schoonfamilie op bezoek is.
Spannend! Voorlopig blijven opa en oma nog even. Daarna gaan we eens kijken of een zachte versie van minority language at home voor ons werkt!