Het is vakantie! We zijn inmiddels een weekje onderweg en we merken aan onze kinderen dat zij ook wel aan het leventje hier kunnen wennen. Onze dochter van vijf kletst erop los met haar neven, nichten, ooms, tantes en natuurlijk met opa en oma. Onze zoon van 3 is gaat na een paar dagen opwarmen ook als een trein š
Anderhalf jaar geleden schreef ik een keer over hoe zij in hun eigen mixtaaltje met elkaar spraken. Dat was voordat onze dochter naar school ging en onze zoon nog niet zo heel veel woordjes kende. Het maakt wel veel uit dat onze dochter nu op school zit en dat ook onze zoon steeds meer praat met leeftijdgenootjes. Inmiddels horen ze allebei zo veel meer Nederlands dan Italiaans, dat ze met elkaar eigenlijk alleen maar Nederlands praten.
Ik merk wel dat ze, hoe langer we hier zijn, steeds meer nieuwe woorden leren. Vooral voor mijn zoon zijn dat hele nieuwe woorden, waarvan hij het Nederlandse woord vaak niet eens kent. Bij mijn dochter heb ik meer het idee dat ze die woorden echt associeert met deze plek.
Hoe dan ook, ze zijn weer lekker aan het mixen geslagen. En dat levert dit soort gesprekjes op:
Zij: gaan we naar de lido [strandtent]? Ik wil graag granita [schaafijs] eten en dan zwemmen zonder braccioli [zwembandjes] en alleen als er geen meduse [kwallen] zijn.
Hij: nee, ik wil niet naar de lido. Ik wil noccioline [hazelnootjes] zoeken en schiacciare [verpletteren] met mijn voeten!
Gelukkig hebben we alle tijd van de wereld om te eten, zwemmen, zoeken, verpletteren en nog veel meer!